Schoolbesturen in het primair onderwijs, het voortgezet onderwijs, het middelbaar beroepsonderwijs en het hoger onderwijs ontvangen van de Rijksoverheid bekostiging voor de personele kosten en de materiële kosten (bijvoorbeeld: boeken, meubilair en onderhoud). Tot de materiële kosten behoren niet de kosten van huisvesting. De gemeente is verantwoordelijk voor voorziening in de huisvesting van scholen in het primair -, voortgezet – en speciaal onderwijs. Daarvoor gelden aparte regels.
De bekostiging die schoolbesturen van het Rijk ontvangen is een zogenaamde ‘lumpsumfinanciering’. Dat betekent dat de schoolbesturen één bedrag ontvangen voor zowel de personele als de materiële kosten. Zij mogen vervolgens zelf bepalen hoeveel zij waaraan besteden. De hoogte van de bekostiging hangt vooral af van het aantal leerlingen en hun leeftijd, het type onderwijs en het aantal scholen dat onder het schoolbestuur valt.

Dat het gaat om een lumpsumfinanciering betekent overigens niet dat scholen het geld mogen uitgeven waaraan zij maar willen. Een onrechtmatige of ondoelmatige besteding van overheidsmiddelen kan leiden tot een bekostigingssanctie (opschorting, vermindering of intrekking van de bekostiging). Dat kan bijvoorbeeld gaan om buitensporige beloningen (bijvoorbeeld: een salaris boven het maximum van de Wet Normering Topinkomens). Ook andere overtredingen van de onderwijswetten of van de cao kunnen leiden tot een bekostigingssanctie. Die overtredingen kunnen variëren van het in dienst hebben van onbevoegde leerkrachten tot het ontbreken van een Verklaring Omtrent Gedrag (VOG) voor werknemers. Ook als een schoolbestuur niet voldoet aan de herbenoemingsverplichting ten aanzien van voormalige werknemers met een (bovenwettelijke) werkloosheidsuitkering kan een bekostigingssanctie worden opgelegd, als zij niet voldoen aan de voorwaarden voor ontheffing van die herbenoemingsverplichting.

In de verschillende onderwijswetten heeft het Rijk een ondergrens gesteld aan het aantal leerlingen op een school: de zogenaamde opheffingsnorm. Als een school drie achtereenvolgende jaren minder leerlingen heeft dan de opheffingsnorm vervalt het recht op bekostiging voor die school. Dat betekent bijna altijd dat de school moet sluiten. De opheffingsnorm is niet voor alle scholen hetzelfde en kan per regio en per onderwijsaanbod verschillen. Scholen kunnen het Ministerie in bijzondere (in de wet omschreven) situaties vragen om een uitzondering te maken op de opheffingsnorm.

De verhoudingen tussen het Rijk en een schoolbestuur worden beheerst door het bestuursrecht. Daarbij zijn in de specifieke onderwijswetten op sommige punten regels opgenomen die afwijken van de Algemene wet bestuursrecht. Dat geldt zeker ook op het gebied van de bekostiging, de sancties en de rechtsbescherming daartegen. Indien een schoolbestuur een geschil met het Rijk heeft over de bekostiging is het van belang om juridisch advies in te winnen van een specialist in het onderwijsrecht. Onze advocaten zijn niet alleen gespecialiseerd in het onderwijsrecht, zij hebben ook ervaring in het voeren van bekostigingsprocedures tegen het Rijk.

Indien u contact met ons opneemt kunnen wij u in een eerste gesprek (bij ons op kantoor of telefonisch) kosteloos en vrijblijvend informeren over uw mogelijkheden.

Referenties

4/5
“Eillert & van Lammeren Advocaten heeft mij in de persoon van Herman Eillert geadviseerd in het vertrektraject dat ik vanwege reorganisatie met mijn voormalig werkgever (een gemeente) doorliep. De adviezen waren to the point met aandacht voor mijn persoonlijke situatie en karakter, de contacten waren intensief en verliepen altijd ongedwongen, bijna vriendschappelijk. Op de momenten dat het nodig was voelde ik mij echt gesteund in de contacten met mijn werkgever. En, niet onbelangrijk: Ik ben tevreden met de uitkomt van het proces.”
4/5
“Tijdens een arbeidsconflict dat enkele maanden heeft geduurd, heb ik Stefan van Lammeren ervaren als een competente, rustige en doelgerichte advocaat. Daarnaast is Stefan een prettige persoon in de omgang die altijd alle tijd nam om zaken af te stemmen, ook buiten kantooruren. Dit heb ik zeer op prijs heb gesteld. De uiteindelijke uitkomst van het geschil (toekenning van een passende ontslagvergoeding door de kantonrechter) heeft er mede aan bijgedragen dat ik zeer tevreden ben over dit kantoor.”
5/5
“Ik heb met Stefan van Lammeren samengewerkt in een arbeidsrechtelijke procedure. Stefan heeft zich daarin steeds heel dienstverlenend, betrouwbaar en deskundig opgesteld. Daarnaast beschikt hij over een scherpe pen. Ik kan Stefan van harte aanbevelen als advocaat binnen zijn deskundigheidsgebieden.”
5/5
“Met verschillende juridische zaken heeft Herman de OSG en mij bijgestaan op een prettige, persoonlijke, maar vooral professionele en realistische benadering van problemen. Daarbij maakte zijn materiedeskundigheid van o.a. arbeidsrecht, met daarbij een snelle en accurate respons voor mij het verschil: een vrijwel onmiddellijke reactie, geen afspraken op lange termijn. Zijn manier van optreden is duidelijk en rustig. Herman toont oprecht gemeende interesse in zijn cliënt en investeert veel tijd en energie om een goede werkrelatie op te bouwen, waardoor er een zeer prettige samenwerking ontstaat. Ik kan Herman van harte aanbevelen voor ondersteuning bij o.a. arbeidsrechtelijke zaken.”
5/5
“Eillert & van Lammeren Advocaten heeft de gemeente Montferland op uitstekende wijze en met grote inhoudelijke deskundigheid vertegenwoordigd in beroep en hoger beroep aangaande de Incidentele Aanvullende Uitkering 2011 met als resultaat een volledige toekenning van de aanvraag.”
4/5
“Ik ken Stefan van Lammeren al vele jaren en doe, namens Stichting Oosterwijs, met enige regelmaat en naar mijn volle tevredenheid een beroep op zijn ondersteuning. Stefan staat borg voor snelle, accurate en doeltreffende hulp bij zeer diverse problemen van juridische aard in het onderwijs. Als ik Stefan nodig heb, dan staat hij direct klaar. Hij denkt en werkt op uiterst plezierige en kritische wijze mee aan de oplossing van een probleem. Stefan heeft door de loop der jaren heen de nodige zaken tot een goed einde gebracht voor Oosterwijs. Zowel in de rechtszaal als daarbuiten. Ook voor (collegiale) consultatie heb ik Stefan leren kennen als een kritische en analytische ‘sparring-partner’.”